als op hemzelf; 
anders zal hij zich leelijk hebben blootgegeven (stultè nudabit animi 
conscientiam). 
Men vindt in Castilië, evenals in Frankrijk, geneesheeren, wier 
methode het is hun patiënten wat te veel bloed af te tappen. Dezelfde 
ondeugden en dezelfde deugnieten komen in alle landen voor. Ik kom 
er rond voor uit, dat ik niet steeds met dezelfde nauwkeurigheid de 
Spaansche zeden heb beschreven en zij, die op de hoogte zijn van het 
ordelooze leven der tooneelspeelsters in Madrid, zouden mij voor de 
voeten kunnen werpen, dat ik harer lieden ongeregelde bestaan in te 
weinig felle kleuren heb afgeschilderd, maar ik vond het beter ze wat 
meer getemperd voor te stellen en ze aldus in overeenstemming te 
brengen met onze zeden.
EERSTE BOEK 
 
HOOFDSTUK I 
Over de geboorte van Gil Blas en zijne opvoeding. 
Na lange jaren de wapenen te hebben gedragen in dienst van de 
Spaansche monarchie, trok mijn vader, Blas de Santillano, zich terug in 
de stad waar hij geboren was; daar huwde hij een meisje uit den kleinen 
burgerstand, die haar eerste jeugd reeds achter den rug had, en tien 
maanden na hun huwelijk kwam ik ter wereld. Vervolgens gingen zij in 
Oviédo wonen, waar zij genoodzaakt waren eene betrekking te zoeken: 
mijn moeder werd kamenier en mijn vader koetsier. Daar zij niets 
anders bezaten dan hun loon, zou er waarschijnlijk van mijn opvoeding 
niet veel zijn terecht gekomen, indien ik in die stad niet een oom had 
gehad, die kanunnik was. Hij heette Gil Perez. Hij was de oudste broer 
van mijn moeder en mijn peet. Stel u voor een kleinen man van drie en 
'n halven voet hoog, buitengewoon dik, met een hoofd dat wegzonk 
tusschen zijn schouders, dan weet ge hoe mijn oom er uit zag. Verder 
was het een patertje goedleven en hield hij van goeden sier maken, en 
zijne gemeente, die lang niet tot de kwaadste behoorde, verschafte hem 
daartoe de middelen. 
In mijn kindsheid nam hij mij reeds tot zich en belastte hij zich met 
mijne opvoeding. Ik kwam hem zoo bevattelijk voor, dat hij besloot 
mijn verstand te ontwikkelen. Hij kocht een alfabet voor mij en begon 
zelf mij het lezen te leeren, iets wat niet minder nuttig was voor 
hemzelf dan voor mij; want door mij de letters te leeren, begon hij zelf 
weer eens te lezen, iets dat hij altijd sterk verwaarloosd had; en daar hij 
zich ernstig op de zaak toelegde, slaagde hij erin vlot zijn gebedenboek 
te lezen, wat hij tevoren nooit gedaan had. Hij had mij ook nog wel 
latijn willen leeren, dat was weer zooveel uitgespaard; maar helaas! de 
arme Gil Perez had er van zijn leven nooit meer dan de allereerste 
beginselen van geweten; misschien (want stellig wil ik dat niet beweren) 
was hij wel de domste kanunnik van het heele bisdom. Ook heb ik
hooren zeggen dat hij zijn post niet gekregen had om zijn vroomheid; 
hij dankte deze uitsluitend aan de erkentelijkheid van eenige goede 
zusters, wier discrete helper hij was geweest en die er in geslaagd 
waren hem zonder examen in den priesterstand te doen opnemen. 
Hij was dus genoodzaakt mij een meester te geven en zond mij naar 
dokter Godinez, die voor de bekwaamste man van Oviédo doorging. Ik 
trok zoo goed partij van zijne lessen, dat ik na een jaar of vijf, zes iets 
begon te begrijpen van de grieksche schrijvers en tamelijk veel van de 
latijnsche dichters. Ook legde ik mij toe op de logica, die mij leerde 
veel te argumenteeren. Ik was zoo verzot op een dispuut, dat ik de 
voorbijgangers aanhield, onverschillig of ik ze kende of niet, om hun 
mijn argumenten voor te leggen. Soms trof ik personen aan, die daar 
wel van gediend waren en dan had men ons eens moeten zien 
disputeeren! welke gebaren, wat een grimassen, wat een verdraaiingen! 
Onze oogen schitterden van woede en het schuim stond op onze 
monden; wij leken meer op bezetenen dan op philosofen. 
In elk geval kreeg ik daardoor in de stad den naam van een geleerde. 
Mijn oom was daarover in de wolken, omdat hij dacht dat ik hem dan 
spoedig niet meer tot last zou zijn. "Gil Blas," zeide hij mij eens, "de 
tijd van je jeugd is voorbij. Je bent zeventien jaar en een knappe jongen 
geworden; wij moeten er op bedacht zijn, dat je vooruit moet komen in 
de wereld. Ik vind dat je de universiteit van Salamanca moet bezoeken; 
met het verstand, dat ik in je zie, kan het niet missen of je zult er een 
goede betrekking vinden. Ik zal je een paar dukaten geven voor de reis, 
en mijn muilezel, die wel een stuk of tien, twaalf pistolen waard is; je 
kunt die in Salamanca verkoopen en het geld gebruiken voor je 
onderhoud totdat je eene betrekking hebt." 
Hij had    
    
		
	
	
	Continue reading on your phone by scaning this QR Code
 
	 	
	
	
	    Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the 
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.
	    
	    
