veel voortreffelijker werken onzer meesters. Het begrip van decoratieve kunst--en dat behoort muurschildering toch in de eerste plaats te wezen--schijnt voor het tegenwoordige geslacht verloren gegaan. Wanneer ge een onzer moderne kerken binnentreedt, met groote kosten, dikwijls door zeer bekwame handen, op nieuw beschilderd, kunt ge niet nalaten, onaangenaam getroffen te worden door het volkomen gebrek aan samenwerking tusschen den architect, de schilders en de beeldhouwers. Ieder van hen heeft op zich zelf gearbeid, zijne eigene opvatting en inspiratie gevolgd, zonder zich om de anderen te bekommeren: en de samenvoeging binnen een zelfde kader, van kunstwerken, ongetwijfeld met talent, maar toch onder den invloed van geheel verschillende denkbeelden vervaardigd, brengt een disharmonie voort, die afstoot en hindert. Dit was niet alzoo in de oude gothische kathedralen der middeleeuwen, en dit is ook niet alzoo hier op den berg Athos. Hier verdwijnt de persoonlijkheid der kunstenaars; ieder begrijpt zijne eigenaardige taak, en tracht niet daar buiten te gaan. Geen stoute verkortingen verbreken den statigen eenvoud der architecturale lijnen; het goud dringt zich niet aan u op; en het moza?ek smelt zijne sobere tinten samen met de kleurschakeeringen van het marmer. Het geheel is harmonisch, omdat eene zelfde gedachte al de deelen bezielt en aan ieder zijne eigenaardige plaats en beteekenis aanwijst; en deze minder dan middelmatige fresko's dragen er alzoo mede toe bij, om aan het geheele gebouw het passende monumentale karakter te geven.
Men vergat vooral niet, ons twee afbeeldingen der Heilige-Maagd te laten zien, die op den geheelen berg in bijzondere eere worden gehouden. De eerste hangt hoog boven den hoofdingang, en is zeer moeilijk zichtbaar vanwege het dichte traliewerk. Een oude kaloyer, die in het portaal zat, verhaalde ons, met groote breedsprakigheid, de geschiedenis van dit beeld. Die historie kwam in 't kort hierop neer. Theophilus, de patriarch van Alexandri?, de vijand van den heiligen Johannes Chrysostomus, had in zijn twist met den monnik Isidorus, eenige kloosters doen verbranden, en de schilderijen die zij bevatten verstrooid. Een dezer schilderijen werd in zee geworpen, door de golven op wonderdadige wijze naar den oever bij Iveron gevoerd, en door een kaloyer, Gabri?l genaamd, uit het water getogen. Thans prijkt het heilige beeld boven de poort des kloosters.--De andere afbeelding is in eene kleine kerk, aan de heilige Apostelen gewijd, geplaatst; het bijna zwart geworden paneel heeft, op de hoogte van het gelaat, eene breede wond of scheur, waaruit bloeddruppelen heeten te vloeien. Men verhaalt u, dat omstreeks het jaar 650, het klooster door zeeroovers overvallen en ingenomen werd. Hun hoofdman, een Ethiopi?r van geboorte, drong tot in deze kapel door, en trof de Heilige-Maagd met zijn mes in het gelaat: aanstonds vloeide het bloed uit de gapende wonde. De rooverhoofdman, door dit wonder getroffen, bekeerde zich; met al zijne makkers nam hij het monnikskleed aan, en sleet zijn verder leven in het klooster.
In de grieksche kloosters wordt de gastvrijheid op den meest onbekrompen voet uitgeoefend, en zonder aanzien des persoons: Joden en Muzelmannen worden evengoed ontvangen als Christenen. Niemand behoeft iets te betalen; maar de Grieken zijn handige diplomaten; en zonder rechtstreeks iets te vragen, weten zij u toch aan het verstand te brengen, dat men eene of andere bijzondere gave van u verwacht, indien ge sommige kostbare voorwerpen begeert te zien.
De higoumenos verhaalde ons, dat onder de weinige vreemdelingen, die hier vertoefd hebben, sommigen ziek zijn geworden, ondanks het zeer gezonde klimaat. Ik wil het gaarne gelooven. Hij die hier komt, zonder bepaalde beweegreden, zooals, bij voorbeeld, belangstelling in de oude kunstgewrochten, moet al spoedig de prooi worden van doodelijke verveling. Het voedsel der monniken is slecht, de kamers in de buitengalerijen zijn over dag brandend heet, de zindelijkheid laat zeerveel te wenschen over, en de bergpaden zijn bijna ontoegankelijk. Behalve de gulle ontvangst en de niet zeer rijke conversatie der monniken, blijft er geene andere afleiding over dan de beschouwing der omringende natuur, die inderdaad prachtig is en een onmetelijk panorama voor uwe blikken ontrolt. Ongelukkig brengt de kloosterregel mede, dat de poorten met zonsondergang gesloten worden: gij kunt dus des avonds den onmetelijken horizon alleen aanschouwen van een balkon, dat als een zwaluwennest onder het dak hangt. Meermalen, wanneer wij des nachts door het slaan op de simanders werden gewekt, verlieten wij onze kamer, om de nog half dommelende monniken naar de kerk te zien gaan. Het was een eigenaardig tooneel: die waggelende, door den ouderdom gebogen gestalten, in lange mantels gehuld, en flauwelijk verlicht door de flikkerende vlam der kleine lamp, die ieder in de hand droeg, langzaam langs de galerijen gaande, terwijl de echo der sombere gangen en ommuurde binnenhoven het dof en aanhoudend geluid van de simanders herhaalde. Onwillekeurig herinnerde dit tafreel aan de voorstelling van het Laatste Oordeel, zooals men die in sommige oude almanakken vindt.
Op zekeren morgen gaven wij den wensch te kennen,

Continue reading on your phone by scaning this QR Code
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.