Bezoek aan den berg Athos | Page 7

Not Available
menschelijk lichaam, de schikking der figuren en hare beweging. Mijn leermeester, Vader Macarios, had de kunst geleerd van Vader Nectarios."--Daarop een penseel nemende, dat hij in roodbruine verf doopte, teekende hij op een blad papier een Christuskop. De omtrek was met vaste hand getrokken, met al de zekerheid en kunstvaardigheid van een bekwaam teekenmeester: maar toch was deze wiskunstige teekening, schoon onberispelijk van lijnen, koud en zonder leven. Hoe is trouwens oorspronkelijkheid en leven mogelijk, waar de schilders zoo, ik mag wel zeggen werktuigelijk, naar vaste recepten arbeiden? In het handboek lees ik, bij voorbeeld, het volgende: "Een menschelijk lichaam is negen hoofden hoog; verdeel het hoofd in drie deelen: het eerste is voor het voorhoofd, het tweede voor den neus, het derde voor den baard; verdeel wederom de ruimte tusschen den neus en den baard in drie deelen", enz. enz. Met behulp van dergelijke regelen en van een passer, kan men een pop teekenen; met ijver en goeden wil zal dit eindelijk zelfs wel zonder passer gelukken: maar wat heeft dergelijk fabriekwerk gemeen met de scheppingen der kunst?
Hadji-Linos, de nieuw verkozen president, stelde ons den 23sten Mei den gezegelden brief ter hand, die ons de poorten der kloosters moest openen, en den 24sten begaven wij ons op weg naar de conventen der oostkust; een Albanees der wacht geleidde ons.
Na een tocht van drie uren over eene zandige helling, tusschen twee rijen note- en wilde vijgeboomen, komen wij te Iveron, ter rechterhand het klooster Koutloumousis latende liggen, dat nog de zeer duidelijke sporen vertoonde van den jongsten brand.
Het valt niet gemakkelijk, in deze wonderlijke verzameling van gebouwen eenig plan of eenheid van gedachte te ontdekken: hoogstwaarschijnlijk bestaat zulk plan ook niet. De indruk, dien deze mengeling van gebouwen, in een eng dal aan den oever der zee saamgeperst, op den aanschouwer maakt, is verre van opwekkend; en niet dan met zekeren weerzin verlaat hij de frissche lommerrijke bergpaden voor de donkere en vochtige portalen, de kille binnenplaatsen en de bedompte galerijen van het klooster. Het klooster van Iveron is een cenobitenklooster, waar, vooral ten opzichte van het vasten, buitengewoon strenge regels gevolgd worden. Gelukkig had de wo?wode van Kari��s ons een groot stuk kalfsvleesch medegegeven, zoodat wij althans niet aan de schrale keuken van het klooster gebonden waren.
In de grieksche kerk zijn de vasten veelvuldig en streng. Zonder te spreken van de bijzondere vasten, ter eere van den beschermheilige van het klooster, heeft men de volgende algemeene vastentijden: twee maanden voor Paschen, dertig dagen voor Pinksteren, veertien dagen voor Maria-Hemelvaart, en veertien dagen voor Kerstmis. Gedurende dien tijd mogen de geloovigen noch melk, noch eieren, noch visch gebruiken; zoodat er niet anders overblijft dan kaviaar, olijven en eenige wortelen en schelpdieren. De Oosterlingen, die over het algemeen zeer matig zijn, verdragen dezen strengen regel, die voor ons welhaast onverdragelijk zou zijn, zonder hinder.
De higoumenos was bij onzen maaltijd tegenwoordig, zonder daaraan zelf deel te nemen. Na afloop van het eenvoudig maal, leidde hij zelf ons door het klooster rond, ons alles verklarende en bereidwillig op al onze vragen antwoordende. De stichting van Iveron valt waarschijnlijk reeds in zeer ouden tijd. In de muren ziet men nog fragmenten van antiek beeldhouwwerk, uit de ru?nen der oude stad Olophiros afkomstig; waarschijnlijk is dus het klooster ouder dan de bekende twist over de beeldendienst, want de iconoclasten toonden weinig eerbied voor de kunstwerken der oudheid. De logotheet verhaalde ons dat het klooster door drie Georgi?rs of Iberi?rs, ter eere van Johannes den Dooper, was gesticht; wanneer dit was geschied, wist hij niet. Het reusachtige convent telt niet minder dan dertig kerken, rondom de hoofdkerk, ook hier aan de Panagia gewijd, gegroept. Deze laatste heeft geen zijschepen. Eene eigenaardigheid van deze kerken op den berg Athos, is een groote half-ronde nis achter het koor, die tot sakristie dient, en waar het gewijde vaatwerk wordt bewaard. De wanden der kerk zijn tot halve-manshoogte met gekleurde tichelsteenen bekleed; daar boven begint het schilderwerk. De fresko's van deze kerk zijn in 1846 schoongemaakt en opgeschilderd geworden. Binnen in de kerk heeft deze onhandige restauratie niet de volle schade aangericht: de schilder heeft althans de omtrekken der oude beelden gespaard, en alleen de kleuren bedorven; maar in het voorportaal heeft hij ten volle aan de buitensporigste dwaasheden bot gevierd, zonder nogtans ontrouw te worden aan de voorschriften van het handboek. Men ziet hier eene gansche reeks van terechtstellingen, waarbij, met volkomen minachting van alle regelen der perspectief, het bloed tot op den achtergrond tegen de zonderlinge gebouwen spat. Deze onhandige knoeiers ontzien zich niet, de schilderijen der oude meesters, onder het voorwendsel van ze te restaureeren, volkomen te bederven. Maar toch, deze schilderijen, hoe slecht ook uitgevoerd, maken desniettemin als decoratie een zeergoed effect, en onderscheiden zich in dit opzicht gunstig van de, uit het oogpunt der kunst,
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 17
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.