vermelden, 
en aan den anderen kant de cynische openhartigheid om alles wat slecht 
is aan het licht te brengen. Indien ik vertel van al die laagheid, domheid, 
verdorvenheid, en dan naar waarheid, oprechter nog dan Rousseau, dan 
zal dat een boek of een hoofdstuk worden, dat veel ergernis zal 
verwekken. De menschen zullen zeggen: 'Dat is dus de man, dien velen 
hoogachten, en zie, hij is een nietswaardige! Och, wij eenvoudige 
menschen, wat kunnen wij ons vergissen. Nu, 't is Gods wil.' 
"Maar, zonder scherts, toen ik begon mijn leven ernstig te overdenken 
zag ik al de domheid--werkelijke domheid--en laagheid ervan, en ik 
dacht bij mij zelf: 'hoe toch zullen andere lieden zijn, als ik, de veel 
geprezene, zoo'n dom, laag schepsel ben?' Daarbij komt het dan nog 
aan 't licht, dat ik zooveel listiger ben dan de anderen. Dit alles schrijf 
ik u niet om u wat mooie woorden te laten lezen, maar ik heb dat alles 
werkelijk doorleefd." 
Tolstoi's weifelingen ziende en 't volle gewicht ervan voelende, besloot 
ik toch vol te houden en hem, om zoo te zeggen, een begonnen patroon 
te geven, waaraan hij verder kon borduren. Daarom stuurde ik hem het 
door mij ontworpen plan van zijne biographie. In dat programma 
volgde ik het door velen aangenomen systeem van de verdeeling van 
het menschelijk leven in zevenjarige tijdperken. Deze verdeeling 
hoorde ik van Tolstoi zelf, toen hij, eens met mij pratende, de meening
uitte, dat de zevenjarige perioden in het physisch menschelijk leven 
(eene leer, aangenomen door sommige physiologen) telkens in 
overeenstemming zijn met een zevenjarig tijdperk van de ontwikkeling 
van het geestelijk leven; waaruit voortvloeit, dat iedere zevenjarige 
periode ook eene afzonderlijke geestelijke gestalte aanneemt. 
Op bovenbedoelde wijze ingedeeld, krijgen we dus het volgend schema 
van Tolstoi's leven: 
Jaartal. Leeftijd. Inhoud van de perioden. 
1 1828-1835 Van geboorte-7 jaren Kinderjaren. 2 1835-1842 Van 7-14 
jaren Jongensjaren. 3 1842-1849 Van 14-21 jaren Jongelingsjaren, 
leertijd, universiteit, begin van 't besturen van zijn landgoed. 4 
1849-1856 Van 21-28 jaren Begin van het schrijven, dienstjaren, 
Kaukasus, Donau, Sebastopol, Petersburg. 5 1856-1863 Van 28-35 
jaren Ontslag, reizen, dood van een broeder, paedagogie, huwelijk. 6 
1863-1870 Van 35-42 jaren Familieleven, "Oorlog en Vrede", 
huishouding. 7 1870-1877 Van 42-49 jaren Hongersnood te Samarsk, 
"Anna Karjenina", hoogtepunt van literairen roem, familiegeluk en 
rijkdom, 8 1877-1884 Van 49-56 jaren Crisis, biecht, evangelie, 
"Waarin ik geloof?" 9 1884-1891 Van 56-63 jaren Moskou, "Wat 
moeten wij doen?" volksliteratuur, bemiddelaar, verspreiding zijner 
ideeën onder de hoogere standen en het volk, kritieken. 10 1891-1898 
Van 63-70 jaren "Honger", "Het koninkrijk Gods in ons", ketters, 
vervolging van de aanhangers der ideeën. 11 1898-1905 Van 70-77 
jaren "Opstanding", in den ban gedaan, ziekte, laatste periode, bezig 
met militairisme, volk, geestelijke en politieke personen, oorlog 
revolutionaire en hervormingsbeweging in Rusland. 
Reeds met den eersten oogopslag bemerkt de lezer de afscheiding van 
iedere geestelijke periode. 
Het opzenden van dit schema of beginpatroon bleef niet zonder 
resultaat. Heel spoedig ontving ik van Tolstoi een' brief, waarin hij o.a. 
het volgende schrijft: 
...."Ik kom u zeggen, dat ik u bij mijne levensbeschrijving heel gaarne
wil helpen, en ik zal u de gewichtigste gebeurtenissen meedeelen. Ik 
besloot dat ik ertoe mocht overgaan, omdat het misschien interessant en 
nuttig voor het menschdom kan zijn, wanneer ik het wijs op al de 
verdorvenheid in mijn leven tot aan mijn ontwaken, en zonder valsche 
bescheidenheid, al het goede na dien tijd (hoewel de goede voornemens 
niet altijd werden uitgevoerd, door gebrek aan wilskracht). In dien 
geest wilde ik u dan ook schrijven. 
"Uw programma, met zijn 7-jarige indeeling, zal van nut zijn en zeker 
vele gedachten bij mij opwekken. Ik zal ermee beginnen zoodra het 
werk dat ik onderhanden heb is afgeloopen." 
Eindelijk, na vier maanden, ontving ik de kostbare bladzijden met 
herinneringen, door Tolstoi zelf geschreven en na dien niet meer 
gecorrigeerd [3]. Ik haastte mij ze te gebruiken in de biographie, aan 
welke zij kleur en gloed zullen verleenen. 
Bij de eerste gelegenheid zond ik Tolstoi 't begin van mijn werk, met 
verzoek mij zijn oordeel te zeggen. Daarop ontving ik een brief, waarin 
hij o.a. het volgende schrijft: 
"Mijn totale indruk is, dat ge een heel goed gebruik van mijne 
aanteekeningen hebt gemaakt. In bijzonderheden treden zal ik niet, 
omdat het me zou verleiden veranderingen aan te brengen, hetgeen ik 
niet wil doen. 
"Ik laat dus alles aan u over en voeg er slechts dit bij, dat gij in de 
biographie, sprekende over mijne jeugd, moet vermelden: 
"Uit de mij verstrekte en ter verwerking gegeven ongecorrigeerde 
gedenkschriften." 
Ik deel dit mede, om Tolstoi van iedere literaire verantwoordelijkheid 
te ontslaan, en ik zal den gecursiveerden zin overal inlasschen waar dit 
noodig is. 
En zoo, onder deze opwekkende omstandigheden, begon ik mijn werk.
Het eerste deel dat het licht zal zien bevat de afstamming van Leo 
Tolstoi en 't    
    
		
	
	
	Continue reading on your phone by scaning this QR Code
 
	 	
	
	
	    Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the 
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.
	    
	    
