Reize naar Surinamen | Page 3

John Gabriel Stedman
derwaarts.--Het uitloopen van de Vloot.--Overtocht.--Het inloopen in de Rivier van Surinamen.--'t Goed onthaal, dat het Krygsvolk in deeze Volkplanting ontfing.--Schets der inwoonders, &c.
II. HOOFTSTUK.
Algemeene beschryving van Guiana.--Van de Volkplanting van Surinamen in 't byzonder.--Tydstip van derzelver ontdekking.--Dezelve word bezeten door de Engelschen en Hollanders.--De Gouverneur, de Heer VAN SOMMELSDYK, vermoord.--De Volkplanting word door de Franschen genomen, en onder schatting gesteld.
III. HOOFTSTUK.
Eerste opstand der Negers en deszelfs oorzaaken.--Elendige staat der Volkplanting.--Gedwongen vrede met de Muitelingen.--Muitery der Zee-Soldaaten, Matroozen, enz.
IV. HOOFTSTUK.
Eene korte tusschenpoozing van overvloed en vrede.--Nieuwe opstand, welke groote nadeelen, en byna den ondergang der Volkplanting veroorzaakt.--Monstering van het Krygsvolk tot derzelver verdediging.--Gevecht tusschen dezelve en de muitelingen.--Goed gedrag van eene bende Negers.--Aankomst der Zee-Soldaaten van den Colonel FOURGEOUD.
V. HOOFTSTUK.
Het toneel verandert.--Beschryving van eene schoone Slavin.--Manier om door Surinamen te reizen.--De Colonel FOURGEOUD neemt den loop der Rivieren op.--Barbaarsheid van eenen Planter.--Elendige behandeling, welke sommige bootsgezellen ondervinden.
VI. HOOFTSTUK.
Verschrikkelyke straf?effening.--Onzekere gesteldheid der Staats-zaaken--Korte tusschenpoozing van vrede--Een Officier gedood, en zyne geheele Krygsbende aan stukken gehouwen.--Algemeene wapenkreet in de Volkplanting.
VII. HOOFTSTUK.
Vertrek der gewaapende vaartuigen tot verdediging der Rivieren.--Beschryving van het Fort Amsterdam.--Krygstocht naar het bovenste gedeelte van de Rivieren Cottica en Patamaca.--Groote sterfte onder het krygsvolk.--Gezicht van den Wacht-post van Devil's Harwar.
VIII. HOOFTSTUK.
De Muitelingen verbranden drie Plantagi?n, waar van zy de bewooners vermoorden.--Tafereel van armoede en elende.--Optocht dwars door de bosschen van Surinamen. De Colonel FOURGEOUD en het overig krygsvolk verlaat Paramaribo.
IX. HOOFTSTUK.
Kakkerlakken.--Ziekten, die aan de luchtstreek van Guiana eigen zyn.--Papegaijen, genaamt Macaws.--Nieuwelings aangebragte Negers, om als slaven verkogt te worden.--Aanmerkingen over de behandeling der Negers.--Hunne reize van Africa naar America.--Manier van het verkoopen der slaven te Surinamen.--Beschryving eener Catoen-Plantagie.
X. HOOFTSTUK.
De Armadil.--Het Stekelvarken en de Egel van Guiana. Gevecht tusschen een Slang en een Kikvorsch.--De Colonel FOURGEOUD trekt naar de Wana-Kreek.--Hy ontrust den vyand door herhaalde aanvallen.--Beschryving van den Palmboom.--Verscheiden gebruiken, waar toe dezelve dient.--De Kokosboom.--Tocht naar den mond der Rivier Cormoetibo.--Waarneemingen omtrent de Vogelen van Guiana.--Distelen en doornen.--Eenige muitelingen krygsgevangen gemaakt.--Ysselyke behandeling, door een gevangen en Neger ondergaan.
XI. HOOFTSTUK.
Het Krygsvolk keert naar de Wana-Kreek te rug.--De Pipa.--Gevecht tusschen een soldaat en een slang.--De Fesant-vogel van Guiana.--De Agamie of Trompetter.--De Muitelingen trekken de legerplaats voorby; men vervolgt hen te vergeefs.--Groot gebrek aan water.--Schranderheid der Negers.--De Zyde-plant.--Kevers en Insecten.--Bergwerken.--Fraaije Kapel.--Het krygsvolk koomt op den post van la Rochelle aan de Patamaca.
XII. HOOFTSTUK.
Beschryving van Paramaribo, en van het Fort Zelandia.--De Grow Mouneck of graauwe Munnik.--De West-Indische Abricoos-boom.--Verschillende zoorten van Oranjeboomen.--De Colonel FOURGEOUD trekt naar de Rivier Maroni.--Een Capitain word gewond, en eenige soldaaten gedood.--Vreemde straf-?effening in de hoofdstad.--Het Fort Sommelsdyk.--De wachtpost van de Hoop.--Duiven en Tortelduiven.--Groenten en vruchten.--Jacht en wildt.--Steenbakkery.--Insecten.
XIII. HOOFTSTUK.
Beschryving van eene Suiker-Plantagie.--Huisselyk geluk in zekere hut.--Krygs-verrigtingen van den Generaal FOURGEOUD.--De Duncane, Igname en Soubacou.--Wreedheden van zommige Opzigters der Plantagi?n.--Onderscheidene zoorten van visschen.--Misnoegen van eenen Capitain der muitelingen.
XIV. HOOFTSTUK.
De Colonel FOURGEOUD keert naar Paramaribo te rug.--Het gevleugeld en gewapend Water-hoen van EDWARDS.--Bewys van onkunde in een Heelmeester;--van deugd in een slaaf;--van wreedheid in eenen Bevelhebber.--De roode Wulp.--De Wesp, Marobonso genaamd.--Orange-appelen en Limoenen.--De insecten, Chiques genaamd.--Het krygsvolk begeeft zig weder naar de bosschen.--De Kibry-Fowlo.--Verscheidene zoorten van wilde varkens.--Mieren.--De dans van Loango.--De Toreman.--De Poelsnip van Guiana.--Plantains en Bananes.--Manier om te visschen.--Visschen.--Vogelen.
XV. HOOFTSTUK.
Indianen, inboorlingen van Guiana.--Voedzel,--Wapenen,--Cieradi?n,--Optooisels,--Bezigheden, --Vermaken,--Driften,--Godsdienst,--Huwelyken,--Begravenissen, enz. van deeze Volken.--De Cara?bische Indianen in 't byzonder, en hunne koophandel met de Europeanen.--Boomen, Heesters en Planten.
XVI. HOOFTSTUK.
Versterking van krygsvolk, uit Holland aangekomen.--De Goijava-boom, en deszelfs vrucht.--Legerplaats by Maagdenberg aan de Tempaty Kreek.--Verschillende zoorten van Aapen.--Een zeer maanzieke Neger.--Eekhoorntje van Guiana.--Verscheidene zoorten van boomen.--Hagedissen.--Bergen van mynstoffen voorzien.--Treffelyke gezichten.--De Roucouboom.--Fraaije Kapel.--Palmloom--worm.
XVII. HOOFTSTUK.
Nieuwe wreedheden, nog onmenschelyker, dan alle de voorige,--Verschillende zoorten van planten.--Papegaaijen en Parkieten.--Surinaamsche Patrys.--Buitengewoone Insecten.--Geiten van Guiana.--De Ta?bo.--Verscheidene zoorten van visschen.--Groote sterfte onder het krygsvolk, het welk zig op de posten aan de Tempaty-Kreek, en de Commewyne bevond.
XVIII. HOOFTSTUK.
Een Tyger, op de legerplaats gevangen.--De Jaguar.--De Couguar.--De Tyger-kat.--De Jaquarette.--Gevecht tusschen eenige afgezondene manschappen der Soci?teit en de muitelingen.--Levens-manier van eenen Surinaamschen Planter.--Verscheiden zoorten van visschen.--Besmettelyke ziekten.--Zelfsmoord.
XIX. HOOFTSTUK.
Optocht van het Krygsvolk naar Barbacoeba, aan de Rivier Cottica.--De Palmboom-kool en de Mauricy.--Heete koorts.--Trek van dankbaarheid in eenen Engelschen Matroos.--Verscheiden zoorten van Peper.--Citroen- en Limoen-boomen.--De Mammy-appel.--Pimpernooten.--Regeering in Surinamen.--Honden van Guiana.--Ongemeene trek van edelmoedigheid.
XX. HOOFTSTUK.
Beschryving van eenen oproerigen Neger.--Vuurige Mier.--Het wandelend Blad.--Doornhaag-Spinnekop.--Duivenboonen of erwten van Angola.--Nadrukkelyke benaamingen, door de Negers gebezigd wordende.--Het innemen van de stad Gado-Saby, door den Colonel FOURGEOUD.--Trek van bygeloovigheid.--Beleid van den vyand
XXI. HOOFTSTUK.
Wilde Porselyn.--Calebassen-boom.--Schermutzeling.--Tafereel van broederlyke teederheid.--Het krygsvolk keert naar Barbacoeba te rug.--Beschryving van de manier, waar op de legerplaats was ingericht.--Een slaaf door den slang Orou-coukou gedood.
XXII. HOOFTSTUK.
Byzonder zoort van Mieren.--Acajou-nooten.--Eta-appel.--Alarm aan de Peréca.--Hinderlaag.--Vreemde uitwerking, door eene Vledermuis ver?orzaakt.--De Oppossum.--De Agouti en de Paca.--De Dadel-boom.--Het krygsvolk keert naar de Cormoetibo-kreek te rug..
XXIII. HOOFTSTUK.
Tweede tocht naar Gado-Saby.--Land-Schildpad.--Verschillende zoorten van hout.--Levendig geraamte.--Treffelyke gezichten.--Honderd-pooten.--Verschillende Plantgewassen.--De Opper-Bevelhebber wordt ziek, en verlaat de legerplaats.--Sprinkhanen.--Verschillende zoorten van visschen.--De Zee-koe.--Het Zee-paard.--Aanmerkingen omtrent het aanwezen der Meerminnen.--Trommelzucht.--Verscheiden zoorten van vogelen.--De Malaky en Markoury boomen.--Doornhaag-wormen
XXIV. HOOFTSTUK.
Aanwerving van twee Compagni?n Vrywilligers, bestaande uit Negers en vrye Mulatten.--Verscheidene zoorten van
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 325
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.