Perzië, Chaldea en Susiane 
 
The Project Gutenberg EBook of Perzië, Chaldea en Susiane, by Jane 
Dieulafoy This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and 
with almost no restrictions whatsoever. You may copy it, give it away 
or re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included 
with this eBook or online at www.gutenberg.net 
Title: Perzië, Chaldea en Susiane 
Author: Jane Dieulafoy 
Release Date: October 31, 2004 [EBook #13901] 
Language: Dutch 
Character set encoding: ISO-8859-1 
*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK PERZIË, 
CHALDEA EN SUSIANE *** 
 
Produced by Jeroen Hellingman and the PG Distributed Proofreaders 
Team 
 
PERZIË, CHALDEA EN SUSIANE. 
Door JANE DIEULAFOY 
 
De heer Dieulafoy, ingenieur, bekend door zijne studiën over de 
muzelmansche kunst, ontving van den minister van openbaar onderwijs 
en schoone kunsten in Frankrijk de opdracht, om in Perzië de 
monumenten te gaan bestudeeren uit het tijdperk der Sassaniden, van 
de derde tot de zevende eeuw onzer jaartelling. Mevrouw Dieulafoy, 
die haren echtgenoot reeds op vroegere reizen naar Spanje, Marocco en 
Egypte had vergezeld, maakte ook dezen tocht met hem mede.
Alleen door eenige inlandsche bedienden begeleid, doorreisden zij 
beiden Perzië, Chaldea en geheel Susiane: eene streek, nog door geene 
vroegere fransche missie bezocht, en niet dan hoogst onvolledig bekend. 
De reis duurde veertien maanden; in dien tijd legden onze reizigers te 
paard een afstand af van ruim vijfduizend-achthonderd kilometers. 
Mevrouw Dieulafoy was belast met de redactie van het dagboek der 
reis en met het vervaardigen der photografiën. Wij vertrouwen dat het 
onzen lezers niet ongevallig zal zijn, als wij hun uit dit belangrijk 
verhaal het een en ander mededeelen. 
 
I 
29 Maart 1881.--De stad Erivan maakt een prettigen indruk: hare 
huizen met platte daken zijn voor het meerendeel door tuinen omringd. 
De witte bloesems der vruchtboomen en de wit gepleisterde muren van 
eenige half in europeeschen trant opgetrokken woningen steken 
vroolijk af tegen de grijze massa der inlandsche huizen, waarboven zich 
de koepels der moskeeën verheffen. Indien de groen geverfde koepel 
der russische kerk ons niet herinnerde dat wij ons nog altijd in het rijk 
der Czaren bevinden, zouden wij ons gemakkelijk kunnen verbeelden, 
reeds in Perzië te zijn. 
Onze kales rijdt in vollen galop door de stad, en onze vlugge 
postpaarden brengen ons weldra aan het logement, waar wij afstijgen, 
gevolgd en aangegaapt door de inwoners, in menigte toegestroomd om 
de vreemdelingen te bekijken. Jong of oud, zijn deze toeschouwers 
genoegzaam zonder uitzondering leelijk. Sommigen dragen de platte 
pet van de Klein-Russen en de lange toegeknoopte jas, bij ons onder 
den naam van pool bekend; anderen dragen een cylindervormigen 
papash van schapenvel en het met bont gevoerde ruime gewaad der 
oorspronkelijke inwoners dezer streken. Bij allen hangt het hair in 
lange stijve lokken langs het bleeke gelaat, waarop niets te lezen valt, 
geen spoor van geest of vernuft, van hartstocht of gevoel. En met deze 
doffe onverschilligheid van hun voorkomen stemt hunne geheele 
houding, stemmen al hunne bewegingen overeen. 
Op de binnenplaats bespeur ik in een hoek een jeugdigen knaap, wiens 
verstandig en geestig gelaat des te meer in het oog valt bij het botte 
voorkomen der anderen. Zijne regelmatige trekken zweemen naar den 
zuiveren griekschen type; zijne zwarte krullende lokken omlijsten een
bevallig gezicht, waaruit mij twee groote guitige oogen als starren 
tegenblikken; zijn oude versleten roode fez, die scherp tegen den 
grauwen leemen muur uitkomt, heeft onwillekeurig mijne aandacht 
getrokken. Hij is een jonge Armeniër, van Trebizonde afkomstig, en 
door eene karavaan van perzische kooplieden hier achtergelaten. 
Zoodra de knaap ons in het oog krijgt, snelt hij naar het rijtuig toe, 
ontlast ons van onze bagage en geleidt ons naar de deur, waarvoor 
verscheidene russische officieren staan, die na afloop der militaire 
manoeuvres hier komen ontbijten. 
De inrichting van de herberg is ontegenzeggelijk beter dan die der 
gewone posthuizen, maar toch laat zij nog veel te wenschen over. De 
onvermijdelijke samovar en eene tafel, bedekt met de voor alle 
reizigers bestemde sponsen en kammen, vormen het geheele 
ameublement van eene kamer, waarvan de vastgeschroefde vensters 
gedeeltelijk met papier zijn beplakt. Het bed bestaat uit een dunne 
matras en een deken; lakens zijn er niet, en zijn ook niet noodig, want 
de Russen trekken, althans hier in Kaukasië, nooit hunne bovenkleeren 
uit als zij slapen gaan. 
Eene walging bevangt mij bij het binnentreden in deze kamer, waar 
nooit versche lucht inkomt. Maar wij hebben geene keus en moeten de 
dingen nemen zoo als ze zijn. Het komt er bovenal op aan, een ontbijt 
machtig te worden; en daar ik het ongeluk heb, geen russisch te 
verstaan, moet ik mijn verlangen door teekens te kennen geven. Ik 
breng herhaaldelijk mijne vingers naar mijn geopenden mond, terwijl ik 
met de andere hand op mijne maag wijs. Maar deze duidelijke mimiek, 
die, dacht mij, overal verstaanbaar moest    
    
		
	
	
	Continue reading on your phone by scaning this QR Code
 
	 	
	
	
	    Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the 
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.
	    
	    
