omdat de groote strijd dit vorderde. Columbus deelde in al die 
verplaatsingen van het hof, nog altijd de hoop koesterende, waarin hij 
door eenige trouwe vrienden werd versterkt, dat hij eenmaal bij het hof 
gehoor vinden zou. Door den invloed van deze vrienden, mocht hij in 
het voorjaar van 1489 van Ferdinand het bevel ontvangen, om een 
andere vergadering van geleerden en geestelijken te Sevilla bijeen te 
roepen. Op nieuw zag hij zich teleurgesteld. De verschrikkelijke strijd 
ontbrandde met nieuwe kracht. Vreeselijke veldslagen, waarbij zich 
oproer, menschenslachting en ellende voegden, waren er het gevolg van. 
Aller krachtsinspanning was noodig. Aan Columbus en zijn onbesuisde, 
twijfelachtige plannen viel niet te denken. 
Zoo ging er een afmattend jaar voorbij. Gedurende deze treurige 
maanden vertoefde Columbus te Cordova, gelukkig op kosten van het 
hof. Toen de lente in 't land kwam, hielden Ferdinand en Isabella zich 
bezig met het maken van de noodige toebereidselen voor een van de 
grootste krijgsondernemingen, het beleg n.l. van Granada. Vóór het hof 
optrok, deed Columbus een wanhopige poging, om gehoor te krijgen, 
doch hij ontving het ontmoedigende antwoord, dat de vorsten vóór den 
afloop van den veldtocht aan hem geen aandacht konden schenken. Die 
slag trof Columbus geweldig, maar wierp hem evenwel niet ter neer. 
Nog kon zijn onbedwingbare geest er niet tot wanhoop door gebracht 
worden. Hij zette zich rustig neer, en ging na, welk hulpmiddel hij nu 
kon aangrijpen. 
Men leefde in een tijd van feudale macht en welvaart. De Spaansche 
bergen waren bezaaid met de sterke kasteelen van hertogen en
baronnen. Columbus wendde zich tot den hertog van Medina Sidonia. 
Deze machtige heer, wiens kasteel een bijna onneembare vesting was, 
en geheel uit ijzer en steen bestond, behoorde tot den hoogsten adel in 
Europa. Wat de glans van zijn hof en levenswijze betrof, kon hij met 
koningen wedijveren. Uit eigen middelen verschafte hij de vorsten een 
heel leger ruiters, honderd oorlogsschepen en een groote som geld. De 
schitterende onderneming, die Columbus wilde doen, viel voor een 
poos in den smaak van den hertog, doch bij nader inzien verwierp hij 
het plan als den droom van een dweper. 
Men zegt, dat Columbus toen bij den hertog van Medina Celi ging 
aankloppen. Hier werd hij aanvankelijk gunstig ontvangen. De hertog 
stond op het punt drie of vier schepen voor den tocht uit te rusten, maar 
hij haalde zich in het hoofd, dat de Spaansche vorsten het hem euvel 
konden duiden, wanneer hij zulk een grootsche onderneming op eigen 
kosten deed. Daarom liet hij Columbus gaan. 
Zich zoo bedrogen ziende, besloot Columbus zijn geluk bij het 
Fransche hof te beproeven. Hij had nu een aantal invloedrijke en 
vermogende vrienden, die ongetwijfeld hun beurs voor zijn bescheiden 
eischen zouden openen. Vóór hij op zijn lange reis naar de Fransche 
hoofdstad de Pyreneeën overtrok, bezocht hij eerst nog zijn zoon Diego 
in het klooster van La Rabida, bij Palos. Hij legde de reis te voet of op 
een muilezel gezeten af. Hadden zijn vrienden hem al een beetje geld 
gegeven, zeker is het, dat hij de grootste zuinigheid noodig achtte. Hij 
moest nog een lange en kostbare reis doen, en het was nog onzeker, hoe 
hij aan het trotsche hof van den Franschen koning zou worden 
ontvangen. 
In een eenvoudig gewaad, door de reis met stof bedekt, stond 
Columbus vóór de deur van het klooster. Maar noch stof noch kale 
kleeren konden de aangeboren waardigheid van den man verbergen. Hij 
was van nature een edelman, die, om zijn aanspraken te rechtvaardigen, 
den glans van kostbare kleeren niet noodig had. Sedert hij voor de 
eerste maal aan de deur van dat klooster stond, om wat drinken voor 
zijn kind te vragen, waren er zeven jaren van aanhoudende inspanning 
en teleurstelling voorbij gegaan. Deze verdrietelijkheden en
inspanningen hadden zijn lichaam gekromd en zijn haren vergrijsd. 
Zijn wangen waren gerimpeld, wat zoo licht plaats heeft, wanneer men 
teleurgesteld wordt en zwaar moet denken. 
De waardige prior van het klooster ontving den vermoeiden avonturier 
met ware, broederlijke vriendelijkheid. Hij was geheel en al overtuigd 
geworden, dat Columbus' plannen verstandig waren, en de dadelijke en 
ernstige aandacht van het Spaansche hof verdienden. Toen hij de 
zekerheid had, dat Columbus over een bezoek aan Frankrijk dacht, 
ontwaakte zijn vaderlandsliefde en maakte hij zich zeer beangst, dat 
Spanje den roem van de groote onderneming derven zou. Dadelijk liet 
hij den geleerden arts ontbieden, van wien wij vroeger spraken, en 
deelde hem zijn vrees mee. Ook werden vele andere invloedrijke 
vrienden uitgenoodigd, om met Columbus over die allergewichtigste 
zaak te beraadslagen, welke den prior voorkwam zoo belangrijk voor 
den roem van Spanje te zijn. 
In de nabijheid woonde een heer, die om zijn familie, zijn groot 
vermogen en zijn bekendheid met zeezaken vermaard was. Deze man 
heette Martin Alonzo Pinzon en was door zijn ondervinding in staat, 
om de    
    
		
	
	
	Continue reading on your phone by scaning this QR Code
	 	
	
	
	    Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the 
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.