hoorden spreken, gezegd hadden: "Uw meesters 
zijn Franschen! Zeg hun, dat ze overal veilig zijn." 
Dus zijn wij gerust, want van de zijde van het gouvernement waren ons 
kozakken meegegeven. 
Koetaïs heeft een beroemden bazar, waar alle typen zich vertoonen, die 
den Kaukasus bevolken. En het land om Koetaïs had veel te lijden van 
den regen. Het heeft eigenlijk elken dag geregend in den Kaukasus. De 
overvloed van dat hemelvocht heeft een noodlottigen invloed gehad op 
onze reis en op de beslissingen, die we moesten nemen tijdens onze 
week in Tiflis. 
Daarheen vertrokken we den 29sten. 
Op het perron hoorden we bij aankomst al, dat de helft der stad in 
staking was, dat men de hôtels had gesloten, en dat de bedienden 
weigerden te werken. De trams reden niet. Dat was zoo erg niet, maar 
nu hadden ook de spoorwegbeambten het bijltje erbij neergelegd, en 
onze trein was de laatste, die in langen tijd in Tiflis zou aankomen; 
gelukkig bleek het bericht ongegrond, want een deel van ons 
gezelschap, dat zich bij het vertrek van Koetaïs verlaat had en niet met 
den trein was meegekomen, arriveerde den volgenden morgen. 
Tiflis is de hoofdstad van Georgië, tegenwoordige residentie van den
onderkoning van den Kaukasus; er zijn 200,000 inwoners en de stad 
wordt doorsneden door de Koer, een snelstroomend, grijs water. 
Wij willen hier: 
1. Tiflis bezien. 
2. Per auto den militairen weg van Georgië naar Wladikawkas 
afleggen. 
3. Naar Eriwan gaan per auto, langs het meer Goktsja en een bezoek 
brengen aan den Catholicos van Esjtmiadzin, den armenischen 
kerkvorst. 
4. Noodige inlichtingen inwinnen over onze reis in Perzië en beslissen 
over den te nemen weg. 
5. Aanschaffen wat noodig zal zijn voor den tocht door de woestijnen 
van Perzië. Wij weten nu, dat we het moeilijk langer dan twaalf uren 
zonder voedsel kunnen stellen. 
Niets meer dan dat. 
Wij hadden brieven voor enkele personen in Tiflis en we werden er 
zeer gastvrij ontvangen. We moesten den geheelen dag eten, een goede 
voorbereiding voor den aanstaanden vastentijd in Iran. Wij bekeken de 
bazars in gezelschap van den franschen consul, die ze goed kent. Ook 
werden we naar een karavanseraï gevoerd, waar perzische kooplui 
bibelots, wapens en antieke stoffen te koop aanboden. 
De Perzen met hun fijne, bruine, magere gezichten zaten er op matten. 
Ze lieten ons moderne ringen zien, middelmatige wapens, ijzeren 
dieren, met zilver ingelegd, wat nog nieuw werk was uit Ispahan, en 
enkele kaschmireesche stoffen, waarvoor ze buitensporige prijzen 
vroegen. 
Wij zullen maar wachten tot we in Perzië zijn met het aanschaffen van 
perzische dingen.
Het plan, om tot Wladikawkas te rijden, moest worden opgegeven, 
want de pas is te hoog en we zouden door de sneeuw worden 
opgehouden. Daarbij was het weêr altijd maar ellendig, en de inwoners 
van Tiflis zeiden, dat ze nooit zulk weêr hebben gehad in het begin van 
Mei. De zeldzaamheid van het verschijnsel is voor ons maar een kale 
troost. 
Wat te doen? Naar Eriwan gaan? De wegen zijn niet berijdbaar. 
Wachten? Het regent sinds drie weken; het kan nog wel veertien dagen 
regenen; dan treffen we de groote hitte in Perzië en dan adieu! tocht 
door de woestijn en reis naar Ispahan. 
Intusschen bleef het maar regenen en wij bleven maar beraadslagen, 
hoe we naar Perzië zouden komen. Het waren discussies aan de 
maaltijden en aan de thee, en ze werden in onze particuliere vertrekken 
met frisschen moed weer opgevat. Emanuel Bibesco was de eerste, die 
een vast besluit nam, namelijk om zijn auto naar Marseille terug te 
zenden met een fransche boot van Batoem. 
Waarna ik met energie het plan verdedigde, om, daar wij onzen tocht 
begonnen waren om Perzië te bezoeken, en daar de revolutionnairen 
nog wel treinen lieten loopen naar Bakoe, daarvan gebruik te maken en 
dan met de boot over de Kaspische Zee naar het verlangde land te varen. 
Zondagavond vertrekt een boot, laat ons daarmee gaan en laat ons de 
auto's stil te Tiflis achterlaten. 
Binnen een half uur was toen alles in orde en dat plan onverbrekelijk 
vastgesteld. Alleen Leonida verklaarde, dat hij in Teheran wou 
aankomen over land en in een auto, dat hij over Eriwan en Tabris gaan 
zal en dat, al moest hij zijn wagen in brokjes door kameelen laten 
dragen, hij er zal komen. 
Georges Bibesco heeft een tolk geëngageerd, den Tsjerkess Hassan. 
Hassan word gecenseerd Russisch te kennen en ook Perzisch en 
Fransch te spreken. 
Hij zal ons naar Teheran vergezellen. Kent hij wezenlijk Perzisch? Dat
weet ik niet; maar wat ik wel weet, is dat hij het Fransch alleen door 
gebaren spreekt en zoo onderhouden we ons ook in het Russisch. Hoe 
het zij, Hassan ziet er met zijn krulharige muts, zijn grooten nationalen 
mantel of boerka en de vier-en-twintig kleine kokertjes op zijn borst, 
die kruit moesten bevatten, maar waarin wij wel poudre    
    
		
	
	
	Continue reading on your phone by scaning this QR Code
	 	
	
	
	    Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the 
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.