Op de Faröer

Anna Seé
ꒀ
Op de Far?er, by Anna Seé

The Project Gutenberg EBook of Op de Far?er, by Anna Seé This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with almost no restrictions whatsoever. You may copy it, give it away or re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included with this eBook or online at www.gutenberg.org
Title: Op de Far?er De Aarde en haar Volken, 1907
Author: Anna Seé
Release Date: October 14, 2006 [EBook #19545]
Language: Dutch
Character set encoding: ISO-8859-1
*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK OP DE FAR?ER ***

Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed Proofreading Team at http://www.pgdp.net/

OP DE FAR?ER.
Naar het Fransch van Anna Seé.
Landing te Trangisvaag.--Thorshavn, de hoofdstad van den Archipel, haven en stad.--Een beetje historie.--Het kalme leven der eilandbewoners.--De dolfijnenvangst.--De walvischvangst.--Verschillende uitstapjes door den Archipel.
In een bleek zonneschijnsel, dat wel wat op maneschijn gelijkt of, meer nog, waarbij men de zon schijnt waar te nemen door een bewasemd patrijspoortje, kwam het schip, dat mij in Schotland aan boord had genomen, op de Far?er-eilanden aan. Het zijn afgezonderde eilandjes en bazaltrotsen, ondermijnd door het golfgeklots en door de brekers, die hoog opschuimen, als ze de klippen en de zeeweringen treffen. Op de rotsen hebben verschillende zeolithische gesteenten, uit het water afgezet, allerlei figuren geteekend en ze hebben corniches langs het bazalt gelegd met wonderlijke insnijdingen en kronkelingen. Naar het welbehagen van de winden hangen de nevelen nu eens hoog, dan laag, breiden zich hier wijd uit en vloeien ginds ver uiteen, om elders zich op te rollen en dan weer opnieuw zich uit te spreiden.
Trangisvaag, de hoofdstad van het eiland Suder?, is de eerste aanlegplaats. Wat is hier alles vreemd en schilderachtig! Wagentjes zonder raderen, badkamertjes en kleine arkjes van Noach van zwart, geel of bruin hout. Wit zijn de omlijstingen van ramen en deuren; het dak bestaat uit heideplaggen, rustend op een driedubbele laag van beukeschors. Enkele daken van gegolfd plaatijzer maken een vreemden indruk in het primitieve landschap. Tot nu toe vindt men overigens alleen nog die bedekking op de loodsen, waar de visch wordt verkocht; maar men kan al den dag voorzien, waarop alle bewoners van de Far?er zich zullen laten verleiden door die banale metalen platen, die iemand tegenwoordig overal vervelen, van de polen tot de tropen.
Bijna alle daken worden vastgehouden met kettingen of met touwen, waaraan zware stukken bazalt zijn bevestigd, want het kan hier vreeselijk waaien; de wind wordt teruggekaatst door de rotsen en die stooten uit de tweede hand zijn van een kracht, die ongelukken teweegbrengt, sterke mannen onderstboven werpt, steenen verzet, gebouwen vernielt en schipbreuken teweegbrengt.
Op de weiden, waar boterbloemen en reukelooze viooltjes in massa bloeien, liggen langs de erdoor gaande, nauwelijks gebaande wegen overal kabeljauwen en vierels van dolfijnen te drogen. Zij hangen als guirlanden aan de muren van de huizen en als parelsnoeren aangeregen aan alle schuttingen, en blijven daar maanden of jaren, tot de kou, de wind en het stof ze taai genoeg hebben gemaakt, dat de eilanders ze eetbaar vinden.
Een beetje nieuwsgierig en onbescheiden ben ik een huis binnengegaan van een enkele verdieping, waar in een groote, sombere kamer een vrouw, een kind en een grijze kat bezig waren te letten op een grooten ketel met gesneden dolfijnvleesch, dat erin kookte met aardappels. Alleen de kat keek eens even achterom, om te zien wie daar was.
Die onverschilligheid is zeer karakteristiek; de apathie, de niet-nieuwsgierigheid van de Far?ers lijkt wel wat op verstomping. Zij denken aan niets en zetten daarbij een gezicht, alsof ze met heel ernstige gedachten bezig waren....
Als de stoomboot den fjord verlaat, waar Trangisvaag in de diepte van is gelegen, vaart zij tusschen bazalteilanden door, waar de zeolithen op schitteren als schilfertjes van boorzuur. Verscheiden eilanden zijn van die vogelverblijfplaatsen, zoogenaamde vogelbergen, waar bij duizenden, bij millioenen al de vogels nestelen, die het verboden is te dooden, lommen, stormvogels, meeuwen, cormorans en eidereenden. Op de met gras begroeide kammen der bergen grazen en spelen wilde pony's en schapen.
Zie, daar verwijdt zich een dier tallooze waterwegen tot de baai van Thorshavn, waar stroomingen en draaikolken den toegang bemoeilijken, maar die overigens een uitmuntende schuilplaats is voor de schepen, die er het anker uitwerpen.
De nevels, die ons van af de Shetlandsche eilanden hebben vergezeld, zijn dichter geworden. Een inlandsche boot is naar ons toe gekomen, bestuurd door een grijsaard met langen, witten baard. Toen zijn boot eenmaal was gevuld met passagiers, die haast hadden om aan wal te gaan, voer hij weg en verdween langzaam in den nevel in de richting van het droomstadje, dat zich flauw in de verte liet onderscheiden tegen den onduidelijken en toch niet verafzijnden horizon.
In den vroegen morgen, toen de mist wat was opgetrokken, zagen we Thorshavn liggen, amphitheatersgewijs achter in de kleine baai op de bergen gebouwd. De hoofdstad van het eiland Str?m? en van den geheelen
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 11
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.