Krates

Justus van Maurik
Krates

The Project Gutenberg EBook of Krates, by Justus van Maurik Jr. This
eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and with almost no
restrictions whatsoever. You may copy it, give it away or re-use it
under the terms of the Project Gutenberg License included with this
eBook or online at www.gutenberg.org
Title: Krates Een Levensbeeld
Author: Justus van Maurik Jr.
Illustrator: Johan Braakensiek
Release Date: January 19, 2006 [EBook #17549]
Language: Dutch
Character set encoding: ISO-8859-1
*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK KRATES
***

Produced by Jeroen Hellingman and the Online Distributed
Proofreading Team at http://www.pgdp.net/

Krates
Een levensbeeld

Door
Justus van Maurik Jr.

Bertha: "Weg, Bultenaar!"
Arnold: "'k Werd zoo geboren, moeder."
Byron.

I.
EEN DRAMA BINNENSHUIS.
't Heeft er jaren lang gestaan: "_Philip Strijkman koopt alle soorten van
kleederen en andere artikelen in, tot den hoogsten prijs_," en 't zou er
misschen nog even duidelijk met zwarte letters op 't witte bord te lezen
staan, wanneer niet sedert ettelijke jaren de eigenaar tot zijn vaderen
vergaderd was.
Aan de geschiedenis, die ik wil vertellen, hindert het evenwel in het
minst niet, want op het oogenblik, dat mijn verhaal begint, pronkt het
bordje nog in volle fleur boven tegen het snijraam der smalle deur van
het ouderwetsche huis in de Egelantiersdwarsstraat, dat ik met u wil
binnengaan.
't Ziet er niet zeer aanlokkelijk uit, dat smalle perceel; de verf van het
houtwerk is langzamerhand door weer en wind ontbonden en
overgegaan tot een schilferige korst van een onmogelijke kleur. De
steenen der pui zijn sinds onheuglijken tijd niet geolied en hier en daar
laat de kalk los uit de voegen, die nattig en vuil u aangapen. De nok
van het huis hangt treurig voorover en de vermolmde hijschbalk steekt
er als een ontvleesde arm uit.
Let eens op de scheeve kozijnen der vensters, waarvan twee breedere
aan elke boven-, twee smallere aan iedere onderverdieping, door de

kleine groenachtige ruitjes een karig licht laten vallen in de vertrekken,
die van achteren geen ramen hebben, maar een beplakt schotwerk, dat
hen van de achterkamer scheidt.
Naast de deur bemerkt ge een gelijkvormige dito, die toegang geeft tot
de trap, welke naar de bovenwoningen leidt.
Even verveloos en verwaarloosd als haar buurvrouw, onderscheidt zich
die deur alleen door een papier, dat boven tegen de gebarsten ruitjes
van het snijraam geplakt is en den voorbijganger vertelt, dat op de
onderste voorkamer woont:
_N. Makko. Scheerdt en kureerdt honden en neemt dezelfde in de
kost._
Voordat wij die trap opgaan, willen we eens even met de woning van
den pandjeshuishouder Philip Strijkman kennis maken.
Ga met mij het smalle gangetje door en pas op dat ge uw hoogen hoed
niet deukt, als ge het lage deurtje binnentreedt, dat naar de zijkamer
voert, waar de winkel, of eigenlijk het pandjeshuis wordt gehouden.
Voorzichtig! want het is donker, als ge binnenkomt; de eene helft der
vensters wordt in beslag genomen door een dichte groene hor, en de
andere wordt verduisterd door het dikke geelkatoenen valgordijn, dat
vingerdik stof in zijn plooien heeft en daardoor nog ondoorschijnender
is.
Er heerscht een zekere nevelachtige toon in die kamer, en juist dat
grauwe duister is in overeenstemming met de plaats, waar wij ons
bevinden; want in de woning van Strijkman heerscht de geest des
woekers, en die schuw het licht, evenzeer als zijn slachtoffers, die hem
gewoonlijk tusschen licht en donker of des avonds hun schatting komen
brengen.
Neem u in acht en struikel niet tegen de lage balie, die u belet verder in
de kamer te komen dan een voet of vier: leun met uw ellebogen op de
plank, die boven op die leuning is aangebracht, en zie oplettend rond.

Langs den muur, naast en boven de deur, die naar het achterkamertje
leidt, ziet ge vakken, ruw van withouten planken getimmerd en gevuld
met bundels en pakken van allerlei grootte en kleur, alle voorzien van
briefjes en nummers. Recht tegenover u is een groot vak vrijgebleven:
daar hangen winterjassen en parapluies, die dikwijls gehaald en
gebracht worden en daarom voor de hand moeten blijven. Iets meer
links zijn weer andere vakken, met doozen en kistjes, waarin allerlei
artikelen van kleinere afmetingen, alle genummerd, bijeenliggen; rechts
ontdekt ge een hoogen lessenaar met een groengazen scherm aan de
eene zijde en een hooge kantoorkruk er voor. Een paar liassen zijn aan
het scherm opgehangen.
Onder dat meubelstuk eindelijk zoudt ge tal van laden kunnen zien, die,
steeds gesloten, de voorwerpen van meer waarde, zooals horloges,
ringen, halskettingen en ander klein goud- en zilverwerk herbergen. Op
het oogenblik, dat mijn verhaal begint, zit de eigenaar van het
pandjeshuis in de achterkamer bij de tafel in een groot, dik boek te
schrijven.
't Is er zoo donker, dat hij, hoewel 't pas vier uren
Continue reading on your phone by scaning this QR Code

 / 92
Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.