Een twaalftal samenspraken 
 
The Project Gutenberg EBook of Een twaalftal samenspraken, by 
Erasmus This eBook is for the use of anyone anywhere at no cost and 
with almost no restrictions whatsoever. You may copy it, give it away 
or re-use it under the terms of the Project Gutenberg License included 
with this eBook or online at www.gutenberg.net 
Title: Een twaalftal samenspraken Tot inleiding: Cd. Busken Huet's 
beschouwing over Erasmus 
Author: Erasmus 
Release Date: January 23, 2006 [EBook #17523] 
Language: Dutch 
Character set encoding: ISO-8859-1 
*** START OF THIS PROJECT GUTENBERG EBOOK EEN 
TWAALFTAL SAMENSPRAKEN *** 
 
Produced by Marc D'Hooghe. 
 
EEN TWAALFTAL SAMENSPRAKEN 
VAN 
DESIDERIUS ERASMUS VAN ROTTERDAM
UIT HET LATIJN VERTAALD DOOR N.J. SINGELS 
TOT INLEIDING: Cd. BUSKEN HUET'S BESCHOUWING OVER 
ERASMUS 
1912 
* * * * * 
ERASMUS 
door Cd. BUSKEN HUET 
Mijne lezers mogen niet klagen over dit langdurig vertoeven in de 
kraamkamer van ons hooger onderwijs. Maar de opmerking staat hun 
vrij dat het eerste beginselen zonder wiekslag geweest zijn. Goede wil, 
toewijding, zelfopoffering, niets ontbrak, behalve Erasmus en het 
genie. 
De rotterdamsche Heilige, als Vondel hem noemen zou, wekt onze 
belangstelling inzonderheid als landgenoot en omdat hij, in 
onderscheiding der vermaarde oorlogslieden welke na hem de 
Republiek der Vereenigde-Provinciën zou voortbrengen, op zoo 
eervolle wijze den nederlandschen volksaard in vredestijd 
vertegenwoordigd heeft: anderen met het penseel in de hand, hij met de 
pen. Alleen de omstandigheden zijn oorzaak geweest dat niet reeds 
door Erasmus eene zigtbare noordnederlandsche akademie is kunnen 
gesticht worden, gelijk van hem en zijne geschriften de eerste 
onzigtbare dagteekent. 
Wel is waar zag na zijn vijfentwintigste of dertigste jaar zijn 
geboortegrond hem naauwlijks terug, en is hij daarna meer voor Europa 
dan voor Nederland gaan leven. Maar, geen Franschman geworden, 
geen Engelschman, geen Spanjaard of Italiaan, geen Zwitser 
zelfs,--ofschoon hij te Bazel zich meer op zijn gemak gevoelde dan 
overal elders,--de sporen zijner afkomst en zijner opvoeding zijn nooit 
verdwenen. Welke vlugt daarna zijne studiën mogen genomen hebben, 
zoodat hij in het wetenschappelijke den gezigteinder zijner meeste
land- en tijdgenooten ontvoer, het eerste derde deel zijns levens is op 
zijne verdere vorming, door de kracht der aantrekking niet minder dan 
der afstooting, van beslissenden invloed geweest. Nederland 
openbaarde hem aan zichzelf, en zulke indrukken zijn onuitwischbaar. 
Litterarische en theologische vijanden hebben, de eenen bij zijn leven, 
de anderen kort na zijn dood, door uit te brengen dat hij de zoon was 
van een zuidhollandsch dorpspastoor, in strijd met kerkgeloften bij 
eene noord-brabantsche dienstbode of huishoudster gewonnen, een 
smet op zijne geboorte meenen te werpen.[1] Uit een maatschappelijk 
oogpunt teregt, uit een algemeener en edelmoediger ten onregte. Het 
strekt den nederlandschen dienstbodestand en den lageren 
nederlandschen klerus der 15de eeuw tot eer, zulk een buitengewoon 
kind het aanzijn gegeven te hebben. Noem het eene speling der natuur; 
noem het eene waarschuwing der Voorzienigheid aan den onwetenden 
oudnederlandschen adel; eene les aan den etenden en drinkenden 
oud-nederlandschen burgerstand; niemand zal beweren dat er termen 
waren aan de wetenschappelijke toekomst van een volk te twijfelen, uit 
welks onderste lagen, in de ongunstigste omstandigheden, Erasmus kon 
voortkomen. 
Het verwekken van dit kind was niet de eerste dergelijke fout des 
vaders. Dezelfde huishoudster had hem reeds vroeger een zoontje 
geschonken; en naar het schijnt legde de kerkelijke overheid, tot straf 
van den recidivist, hem eene bedevaart naar Rome op. Zoo verdween 
hij voor eene poos uit de omstreken van Gouda, en de huishoudster 
ging bij zijne rotterdamsche bloedverwanten hare bevalling 
verbeiden.[2] 
Van Erasmus Senior weet men weinig méér dan dat hij, al spoedig in 
Nederland en op zijne standplaats teruggekomen, er overleden is toen 
zijn jongste zoon twaalf of dertien jaren telde. De moeder stierf een 
weinig vroeger, te Deventer, waar zij met den genialen knaap zich 
heenbegeven had, om voor zijne gezondheid te waken, terwijl hij er de 
lessen van den aantrekkelijken en onvermijdelijken Hegius volgde. Zij 
schijnt eene zorgvuldige verpleegster geweest te zijn. Welligt paarde zij, 
dochter van een chirurg uit Zevenbergen, aan haar liefhebbend
moederlijk instinkt sommige technische bekwaamheden. Eene 
boosaardige deventersche epidemie nam haar in den bloei des levens 
weg.[3] 
De nederlandsche dorpspastoors der 15de eeuw waren geen suikerlords; 
en toen vader en moeder het tijdelijke gezegend hadden, vonden de 
jonge Erasmus en zijn broeder eene sobere nalatenschap te deelen. De 
zevenbergsche heelmeester, grootvader van moederszijde, ongetwijfeld 
tevens baardscheerder van beroep, kan evenmin een man van vermogen 
geweest zijn. De rotterdamsche familie van vaderskant, ouders van tien 
kinderen, deden om het openhouden van al die monden (vóór de kleine 
woning bevond zich eene loofhut) niet onmogelijk een bier- of 
wijnhuis.[4] Een voogd, te Gouda, was schoolmeester, was plakmajoor, 
en wist de twee jonge weezen, nadat te vergeefs beproefd was den 
jongste smaak te doen vinden in een Fraterhuis te 's Hertogenbosch, 
geen beteren raad te geven dan in een eigenlijk gezegd klooster den 
kost    
    
		
	
	
	Continue reading on your phone by scaning this QR Code
 
	 	
	
	
	    Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the 
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.
	    
	    
