boeren-muts gedragen, 
met banden onder de kin vastgeknoopt, en is een toonbeeld van 
verregaande onredelijkheid en smakeloosheid. Zoo'n toevoegsel maakt 
het geheele costume en de draagster zelf werkelijk belachelijk. 
Dergelijke veranderingen maakten het nationale costume bespottelijk. 
Maar andere wijzigingen kwamen de moderne smaak meer in het 
gevlei, ofschoon ze evenzeer tegen het wezen van de nationale dracht 
streden. 
Zoo dragen de Zeeuwsche vrouwen op Walcheren sinds eenige jaren 
een corset, en maken zij hun vele rokken niet meer van zoo dikke 
wollen stoffen. Het gevolg is dat er veel meer teekening in hun figuur 
kwam, en bijna eenzelfde lijn als de moderne dames-costumes werd 
verkregen. Voeg daarbij dat de van nature zoo wel gebouwde 
Walcherensche vrouwen al reeds uit zichzelf een meer "moderne" 
verschijning hebben dan bijvoorbeeld de Marker vrouwen, dan begrijpt 
men hoe op Walcheren de nationale dracht voor de vrouwen zoolang en 
zoo algemeen "mode" kon blijven. Ze flatteerde in hooge mate, ze 
kwam de lijn van het moderne vrouwen-costume nabij, en ze bleef toch 
schijnbaar nationaal zonder dit echter in werkelijkheid geheel te zijn.
Ziedaar een voorbeeld van verandering, die althans niet aesthetisch 
storend werkt en daarom het uiterlijk van het nationaal costume als 
zoodanig niet geheel ten nadeele komt. 
 
Maar behalve de veranderingen die iedere draagster, naar eigen smaak, 
aan haar eigen dracht aanbrengt, zijn er andere factoren die op het 
verdwijnen van de nationale costumes van grooten invloed zijn. 
Want .... ze verdwijnen langzaam maar zeker--al die bonte, typische, 
nationale Nederlandsche-volks-eigen drachten, met zoo eigen 
schoonheid en charme. De groote en uitgebreide correspondentie, die ik 
sinds 1912 met belangstellenden over dit onderwerp voer, bewijst dit. 
Gemeentelijke autoriteiten zoowel als privé-personen, uit alle deelen 
van ons land, zij allen zijn het er over eens dat die drachten 
zienderoogen verminderen. En--komt men ter plaatse zelf--dan zullen 
het u alle oude vrouwtjes verhalen hoe in hun jeugd allen minstens nog 
mutsen droegen, terwijl thans (1916) de jeugd, in diezelfde streken, 
geen enkel spoor van nationale dracht meer in haar kleeding toont. 
De ouderen herinneren zich, dat in hun jeugd bijna allen in nationale 
kleedij gingen, althans met de muts en de rest van de kleeding was dan 
althans van ouderwetsche stof, snit en kleur. 
De menschen van middelbaren leeftijd van thans (1916) tooien zich nu 
en dan nog met de muts en het oorijzer of de gouden sieraden, die van 
de ouders zijn geërfd, en dan nog alléén uit piëteit voor hun voorzaten. 
Maar de jeugd van dezen tijd (1916) is volkomen "modern." 
Dit geldt voor het allergrootste deel van Nederland, en in de allereerste 
plaats de groote steden en hun omgeving, zelfs in streken als Zeeland, 
op Marken, Urk en in andere plaatsen, waar de dracht nog vrij 
algemeen is, vindt men al huisgezinnen, waar slechts een deel van de 
kinderen in nationaal costuum gaan, de anderen "bekeerd" zijn, zooals 
ik eens een jong meisje van 13 jaar, (in Huizen) die "modern" droeg, 
hoorde zeggen.
De moderne jeugd is zoogenaamd "te verstandig", en na dit geslacht zal 
in het volgende wellicht alle herinnering aan de nationale kleedij in 
Nederland verloren zijn, met uitzondering van een paar streken, waar 
thans nog de oude dracht algemeen en in zijn geheel gedragen wordt. 
Maar die streken worden hoe langer hoe kleiner. Want een andere 
oorzaak van het veranderen, en daardoor verdwijnen van de nationale 
kleedij, is de kostbaarheid van die dracht. En ook vereischen de meeste 
van die costumes zeer veel kennis om ze te vervaardigen, ze zijn lastig 
in het dragen, en kostbaar in onderhoud, vooral de kanten mutsen en 
kappen, die meestal door speciale strijksters moeten behandeld worden. 
Ook dit zijn ongemakken, die de moderne jeugd gaarne ontgaan wil, 
vooral omdat de nieuwerwetsche kleeding zooveel eenvoudiger en 
losser in het dragen is en geheel gereed in winkels kan worden gekocht. 
Maar daar staat tegenover, dat vele van die oude drachten zoozeer 
flatteeren. En .... welke vrouw zou dat niet zien .... en waardeeren, en 
haar veel moeiten doen vergeten. Zoo die ijdelheid dan--voor zoover de 
vrouwencostumes betreft--voor een deel oorzaak zou kunnen zijn, dat 
enkele van die oude drachten langer zouden kunnen blijven 
voortbestaan, niet aldus met de mannendracht. Daar geeft het practische 
den doorslag, ofschoon hier en daar nog een klein gevoel voor de 
geboorteplaats en een koppig vasthouden aan oude gebruiken tot de 
instandhouding van de plaatselijke dracht zal blijven medewerken. 
Over het algemeen moet echter vastgesteld worden, dat de nationale 
Nederlandsche kleedij langzaam maar zeker verdwijnt, en dat vooral dit 
nu levende geslacht (1870-1920), de grootste veranderingen op dit 
gebied mee maakt. 
 
B. WAAR WORDEN DE NEDERLANDSCHE NATIONALE 
KLEEDERDRACHTEN GEDRAGEN? 
In ieder van de elf Nederlandsche provinciën wordt de nationale dracht 
op zeer verschillende wijze in stand gehouden. 
In enkele streken komt ze thans (1916) nog veelvuldig voor en wordt ze
in haar geheel, in onder-    
    
		
	
	
	Continue reading on your phone by scaning this QR Code
 
	 	
	
	
	    Tip: The current page has been bookmarked automatically. If you wish to continue reading later, just open the 
Dertz Homepage, and click on the 'continue reading' link at the bottom of the page.
	    
	    
